Download Mobile App:

Surah An-Naml Translated in Dutch

طس ۚ تِلْكَ آيَاتُ الْقُرْآنِ وَكِتَابٍ مُبِينٍ
T. S. Dit zijn de teekenen van den Koran en van het duidelijke boek.
هُدًى وَبُشْرَىٰ لِلْمُؤْمِنِينَ
Eene leiding en goede tijding voor de ware geloovigen.
الَّذِينَ يُقِيمُونَ الصَّلَاةَ وَيُؤْتُونَ الزَّكَاةَ وَهُمْ بِالْآخِرَةِ هُمْ يُوقِنُونَ
Die hun gebed geregeld verrichten en aalmoezen geven, en vast in het volgend leven gelooven.
إِنَّ الَّذِينَ لَا يُؤْمِنُونَ بِالْآخِرَةِ زَيَّنَّا لَهُمْ أَعْمَالَهُمْ فَهُمْ يَعْمَهُونَ
Wat hen betreft, die niet in het volgende leven gelooven, wij hebben hunne werken voor hen gereed gemaakt, zij zullen door verbazing getroffen worden, over hunne teleurstelling, als zij weder zullen worden opgewekt.
أُولَٰئِكَ الَّذِينَ لَهُمْ سُوءُ الْعَذَابِ وَهُمْ فِي الْآخِرَةِ هُمُ الْأَخْسَرُونَ
Zij zijn het, welken eene strenge straf in dit leven en in het toekomstige wacht: zij zullen de ongelukkigsten zijn.
وَإِنَّكَ لَتُلَقَّى الْقُرْآنَ مِنْ لَدُنْ حَكِيمٍ عَلِيمٍ
Gij hebt den Koran voorzeker van een wijzen en alwetenden God ontvangen.
إِذْ قَالَ مُوسَىٰ لِأَهْلِهِ إِنِّي آنَسْتُ نَارًا سَآتِيكُمْ مِنْهَا بِخَبَرٍ أَوْ آتِيكُمْ بِشِهَابٍ قَبَسٍ لَعَلَّكُمْ تَصْطَلُونَ
Gedenk, toen Mozes tot zijn gezin zeide: Waarlijk, ik bemerk vuur, ik zal u tijdingen daarvan brengen, of ik zal u een brandend hout daarvan brengen, ten einde u te verwarmen.
فَلَمَّا جَاءَهَا نُودِيَ أَنْ بُورِكَ مَنْ فِي النَّارِ وَمَنْ حَوْلَهَا وَسُبْحَانَ اللَّهِ رَبِّ الْعَالَمِينَ
En toen hij nabij het vuur was gekomen, riep hem eene stem toe: Gezegend hij, die in, en hij die nabij het vuur is, en geloofd zij God, de Heer van alle schepselen!
يَا مُوسَىٰ إِنَّهُ أَنَا اللَّهُ الْعَزِيزُ الْحَكِيمُ
O Mozes! waarlijk, ik ben God, de machtige, de wijze.
وَأَلْقِ عَصَاكَ ۚ فَلَمَّا رَآهَا تَهْتَزُّ كَأَنَّهَا جَانٌّ وَلَّىٰ مُدْبِرًا وَلَمْ يُعَقِّبْ ۚ يَا مُوسَىٰ لَا تَخَفْ إِنِّي لَا يَخَافُ لَدَيَّ الْمُرْسَلُونَ
Werp thans uwen staf neder. En toen hij zag dat deze zich bewoog als ware die eene slang, week hij achteruit en vlood, en keerde zich niet om. En God zeide: O Mozes! vrees niet; want mijne gezanten hebben niets van mij te duchten.
Load More